Aanleiding
X heeft verzocht om bevestiging dat zij met terugwerkende kracht naar 1 januari 2023 grensoverschrijdend juridisch gefuseerd is in Y voor de toepassing van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb).
Feiten
X, een vennootschap opgericht naar Nederlands recht en feitelijk hier gevestigd, is onderdeel van een internationaal concern. X is een Houdstervennootschap. Y is ook onderdeel van het concern en recent opgericht naar het recht van een lidstaat van de Europese Unie en aldaar ook gevestigd. X is als verdwijnende vennootschap gefuseerd in Y. De fusie heeft plaatsgevonden onder toepassing van buitenlands recht. X laat geen Vaste inrichting in Nederland achter. De fusie vindt ruisend plaats voor toepassing van de Wet Vpb. Het verzoek is ingetrokken.
Rechtskader
Het verzoek ziet op het vaststellen van het fusietijdstip voor toepassing van de Wet Vpb. Relevant is artikel 14b van de Wet Vpb en hoofdstuk 4 van het Besluit juridische fusie. Relevant is ook het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter. Voorts is van belang de Regeling laagbelastende staten en niet coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen).
Overwegingen
X is gewezen op de additionele informatie die moet worden verstrekt voor het in behandeling nemen van het verzoek onder het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter. De Belastingdienst heeft daarnaast haar twijfels geuit of X aan die vereisten kan voldoen en ook over de fiscaal technische haalbaarheid van het verzoek. X heeft daarop besloten het verzoek niet verder aan te vullen en het verzoek in te trekken.
Conclusie
Het verzoek om terugwerkende kracht is ingetrokken. Er is geen vaststellingsovereenkomst tot stand gekomen. De transactie zal in beginsel in het reguliere toezicht beoordeeld worden.