rul-20240430-rulov-000007

Aanleiding

Er is een verzoek ingediend om zekerheid vooraf over de waarde van een grensoverschrijdende vordering op het moment van omzetting van de vordering in aandelenkapitaal van de debiteur. Het verzoek ziet op het jaar 2022.

Feiten

X is een vennootschap opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X behoort tot een internationaal opererend concern actief in de handelssector. In Nederland worden door X en de in Nederland tot het concern behorende vennootschappen bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door [76-150] werknemers. X heeft een meerderheidsdeelneming in A. A is opgericht naar het recht van een lidstaat van de Europese Unie en aldaar ook feitelijk gevestigd. A is een operationele vennootschap die werkzaamheden uitvoert in lijn met de operationele activiteiten van X. A heeft naast X ook een minderheidsaandeelhouder zijnde Y. Y is een vennootschap opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd en niet gelieerd aan X. A heeft een schuld aan haar aandeelhouder Y waaraan een leningsovereenkomst ten grondslag ligt. A is altijd haar verplichtingen onder deze leningsovereenkomst nagekomen. De financiële positie van A is echter zodanig dat herfinanciering van de schuld bij een derde partij niet mogelijk blijkt. Omwille van strategische overwegingen heeft Y haar aandelen in A en haar vordering op A verkocht aan X medio 2021. De koopprijs voor de vordering bedraagt minder dan de nominale waarde van de vordering. In 2022 heeft X de vordering op A omgezet in aandelenkapitaal van A. X kan ten aanzien van A de deelnemingsvrijstelling toepassen.

Rechtskader

Het verzoek van X gaat over de vraag in hoeverre de omzetting van de vordering op A in aandelenkapitaal voor X leidt tot een belastbaar resultaat op grond van artikel 8 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb) in combinatie met artikel 3.8 en 3.25 van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 (Wet IB). Specifiek wenst zij zekerheid over de waarde van de vordering voor fiscale doeleinden op het moment van omzetting van de vordering in aandelenkapitaal door X in A.

Overwegingen

1. Het concern waartoe X behoort oefent in Nederland bedrijfseconomische operationele activiteiten uit (de zogenoemde economische nexus). Voorts worden de relevante bedrijfseconomische operationele activiteiten voor rekening en risico van X uitgeoefend. Deze activiteiten passen bij de functie van X binnen het concern.
2. De gevraagde zekerheid vooraf heeft geen betrekking op de fiscale gevolgen van directe transacties met entiteiten die zijn gevestigd in staten die zijn opgenomen in de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden.
3.
3. Het besparen van Nederlandse of buitenlandse belasting is niet de enige dan wel doorslaggevende beweegreden voor het verrichten van de (rechts)handeling(en) of transacties.
4.
4. Een vordering wordt in beginsel gewaardeerd op de nominale waarde op de fiscale balans tenzij de waarde lager is. Op het moment van omzetting van de vordering van X in aandelenkapitaal in A, dient de vordering derhalve gewaardeerd te worden om het belastbaar resultaat te kunnen bepalen van X.
5. Partijen verschilden aanvankelijk van mening wat de waarde was van de vordering van X op A ten tijde van de omzetting in
2022. X heeft aannemelijk gemaakt dat de waarde van de vordering van X op A ten tijde van de omzetting in 2022 minder bedroeg dan de nominale waarde gezien de financiële positie van A. Echter, het is niet aannemelijk dat de waarde van de vordering van X op A ten tijde van de omzetting in 2022 gelijk is aan de koopprijs die in 2021 tussen X en Y als derden is gehanteerd gezien alle relevante feiten en omstandigheden.
6. Ten einde de onzekerheid bij beide partijen weg te nemen hebben partijen overeenstemming bereikt dat de waarde van de vordering wordt gesteld op een bedrag lager dan de nominale waarde maar hoger dan de koopprijs die tussen X en Y in 2021 is gehanteerd.
7. Het verschil tussen de fiscale boekwaarde van de vordering en die waarde wordt tot de belastbare winst van gerekend.

Conclusie

X heeft medio 2022 een vordering op de buitenlandse deelneming A omgezet in aandelenkapitaal. De op dat moment te hanteren waarde van de vordering is een bedrag tussen de nominale waarde van de vordering en de koopprijs die tussen X en Y in 2021 is gehanteerd voor de vordering. Dit is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst met een looptijd van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022.