rul-20250415-atr-000007

20250415 ATR 000007

Samenvatting

Aanleiding

Er is een verzoek ingediend voor het verkrijgen van zekerheid vooraf over de toepassing van de Hybridemismatchmaatregelen in de Vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2023 tot en met 2027.

Feiten

X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X behoort tot een internationaal opererend concern in de industriële sector. In Nederland worden door de tot het concern behorende vennootschappen activiteiten uitgeoefend door [151 – 300] werknemers. X houdt alle aandelen in D1 en D2, twee vennootschappen opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X, D1 en D2 vormen een fiscale eenheid voor de Vennootschapsbelasting. X is de moedermaatschappij van de fiscale eenheid. De fiscale eenheid verricht financieringsactiviteiten. Q is een vennootschap opgericht naar het recht van en gevestigd in een staat buiten de Europese Unie (staat A). Z is eveneens een vennootschap opgericht naar het recht van en gevestigd in staat A. Z is de uiteindelijke moedermaatschappij van het concern en houdt indirect alle aandelen in Q. Q houdt op haar beurt indirect alle aandelen in X. Voor fiscale doeleinden van staat A is X aangemerkt als een transparant lichaam. Het resultaat van X wordt, als gevolg van de fiscale transparantie, toegerekend aan Q. Q, D1 en D2 worden voor Nederlandse fiscale doeleinden en voor fiscale doeleinden van staat A als niet-transparante lichamen aangemerkt. D1 is voornemens financiering te verstrekken aan D2, en D2 is op haar beurt voornemens financiering te verstrekken aan X. Tijdens de behandeling van het verzoek is gebleken dat de beoogde financieringsstructuur op een andere wijze wordt vormgegeven. Het verzoek is ingetrokken.

Rechtskader

Het verzoek van X ziet op het verkrijgen van zekerheid vooraf dat artikel 12ab, eerste lid van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb) niet van toepassing is ter zake van de rentebetalingen door X aan D2. Relevant is het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter. Tevens is de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen) van belang. 20250415 ATR 000007

Overwegingen

1. Op basis van de aangeleverde feiten voldeed het verzoek op voorhand aan de voorwaarden voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zoals genoemd in het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter. Om die reden is het verzoek in eerste instantie in behandeling genomen.
2. Tijdens de behandeling van het verzoek is gebleken dat de beoogde financieringsstructuur op een andere wijze wordt vormgegeven. Hierdoor is de grondslag voor het ingediende verzoek komen te vervallen.
3. X heeft daarop besloten het verzoek om vooroverleg in te trekken.

Conclusie

Het verzoek om zekerheid vooraf is ingetrokken. Derhalve is er geen vaststellingsovereenkomst tot stand gekomen.