rul-20240604-apa-000011

Aanleiding

X heeft een verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over Verrekenprijzen voor de boekjaren 2020 tot en met 2024.

Feiten

X is een in Nederland gevestigde vennootschap en hoofdkantoor van de Z-groep met [151 – 300] personeelsleden in Nederland. De Z-groep is een internationaal opererende groep in de agrarische sector. X is binnen de Z-groep onder meer verantwoordelijk voor het strategisch management, sales en accountmanagement, de ontwikkeling en het onderhoud van IT-systemen, financieel beheer, personeelsbeheer, inkoop, planning en kostenbeheer. Onderdeel van de Z-groep zijn de buiten de Europese Unie gevestigde dochtermaatschappijen Y1 en Y2. Y1 en Y2 verrichten productieactiviteiten ten behoeve van X. Het APA-verzoek heeft betrekking op de arm’s-lengthbeloning voor de productieactiviteiten die worden verricht door Y1 en Y2 ten behoeve van X. Het verzoek is ingetrokken.

Rechtskader

Het verzoek van X ziet op het verkrijgen van zekerheid vooraf over de vaststelling van een zakelijke beloning (een arm’s-lengthbeloning). Het arm’s-lengthbeginsel is in Nederland gecodificeerd in artikel 8b van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb) en in het OESO-modelverdrag ter voorkoming van dubbele belastingheffing in artikel 9. In het OESO- commentaar op artikel 9 van het OESO-modelverdrag en de Transfer Pricing Guidelines for Multinational Enterprises and Tax Administrations (OESO-richtlijnen) wordt het arm’s- lengthbeginsel van een nadere invulling voorzien. Relevant in dit kader is het besluit van 22 april 2018, nr. 2018-6865 en/of het Verrekenprijsbesluit 2022, hierna (gezamenlijk) te noemen “verrekenprijsbesluit”. Voorts zijn relevant het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter, en de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen).

Overwegingen

Op basis van de aangeleverde feiten lijkt het verzoek te voldoen aan de voorwaarden voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zoals genoemd in het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter. De Belastingdienst heeft het verzoek inhoudelijk geanalyseerd en op basis daarvan gevraagd om nadere informatie. Hangende het overleg over de heffing van Vennootschapsbelasting over voorafgaande jaren heeft X de beantwoording opgeschort. Mede gezien het tijdsverloop is het verzoek uiteindelijk ingetrokken. Daarom is een uiteindelijk oordeel door de Belastingdienst achterwege gebleven.

Conclusie

Er is geen zekerheid vooraf gegeven. De transactie zal in beginsel in het kader van het reguliere toezicht beoordeeld worden.