rul-20231219-atr-000010

Aanleiding

Er is verzocht om toepassing van de vangnetbepaling als bedoeld in artikel 26, zevende lid, van het Belastingverdrag tussen Nederland en de Verenigde Staten van Amerika. Men wenst zekerheid vanaf 19 december 2023 tot en met 31 december 2027.

Feiten

X is een vennootschap opgericht naar het recht van de Verenigde Staten van Amerika en staat aan het hoofd van een internationaal concern. Het concern is actief in de dienstverlenende sector en er zijn [> 1.000] werknemers aldaar werkzaam. X houdt indirect, via een aantal tussenschakels in de Verenigde Staten van Amerika, nagenoeg alle aandelen van vennootschap Y. Y is opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. Y fungeert als Houdstervennootschap voor een aantal vennootschappen waarvan sommigen eveneens opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. De activiteiten van deze vennootschappen worden uitgeoefend door [151 – 300] werknemers in Nederland. Y kan op uitkeringen aan X geen gebruik maken van de inhoudingsvrijstelling van de Wet op de Dividendbelasting 1965.

Rechtskader

Het verzoek is gericht op het toepassen van de vangnetbepaling zoals opgenomen in artikel 26, zevende lid, van het verdrag tussen Nederland en de Verenigde Staten van Amerika. Relevant is het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter. Tevens is van belang de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen).

Overwegingen

1.
1. Er is sprake van een verzoek voor het toepassen van de vangnetbepaling zoals opgenomen in artikel 26, zevende lid, van het verdrag tussen Nederland en de Verenigde Staten van Amerika. Om succesvol een beroep te kunnen doen op dit Belastingverdrag dient de verkrijger van de voordelen onder andere aangemerkt te worden als een gekwalificeerd persoon als bedoeld in artikel 26 van het verdrag. Indien de verkrijger niet voldoet aan een van de andere mogelijkheden van dit artikel, kan onder omstandigheden een beroep worden gedaan op de vangnetbeslissing van het zevende lid.
2. Bij de beoordeling of een lichaam in aanmerking komt voor de toepassing van artikel 26, zevende lid, van het verdrag is van belang om vast te stellen of de persoon is opgericht, verworven, of in standgehouden ter verkrijging van verdragsvoordelen dan wel de uitoefening van de activiteiten voornamelijk daarop is gericht.
3. Gezien de activiteiten van X in de Verenigde Staten van Amerika kan worden vastgesteld dat X niet is opgericht, verworven, of in standgehouden ter verkrijging van verdragsvoordelen dan wel dat de uitoefening van de activiteiten voornamelijk daarop is gericht. De vangnetbepaling is dan ook van toepassing.
4. Op grond van onderdeel 8 van het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter heeft een dergelijke beslissing niet het karakter van een vaststellingsovereenkomst. Wel is sprake van zekerheid vooraf als bedoeld in de Wet op de internationale bijstandsverlening en dient de afspraak uitgewisseld te worden met het buitenland. Om deze reden dient ook getoetst te worden aan de voorwaarden opgenomen in onderdeel 3 van het hiervoor aangehaalde besluit.
5. In paragraaf 3 van het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter is onder a. aangegeven dat toegang tot het vooroverleg te verkrijging van zekerheid vooraf in de vorm van een Ruling met een internationaal karakter slechts wordt aangegaan als sprake is van voldoende relevante economische nexus in Nederland.
6. Gezien de activiteiten van het concern in Nederland is er sprake van voldoende relevante economische nexus in Nederland.
7. De gevraagde zekerheid vooraf heeft geen betrekking op de fiscale gevolgen van directe transacties met entiteiten die zijn gevestigd in staten die zijn opgenomen in de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden.
8. Tevens is het besparen van Nederlandse of buitenlandse belasting niet de enige dan wel doorslaggevende beweegreden voor het verrichten van de (rechts)handeling(en) of transacties.

Conclusie

De vangnetbepaling als bedoeld in artikel 26, zevende lid, van het Belastingverdrag tussen Nederland en de Verenigde Staten van Amerika is van toepassing. De vangnetbepaling kan worden toegepast vanaf 19 december 2023 tot en met 31 december 2027.