rul-20231212-atr-000008

20231212 ATR 000008

Samenvatting

Aanleiding

Er is verzocht om zekerheid vooraf over de kwalificatie van een buitenlands samenwerkingsverband naar Nederlandse fiscale maatstaven en de toepassing van de deelnemingsvrijstelling voor de Vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten

X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X houdt optierechten in Y, een samenwerkingsverband opgericht naar het recht van een staat buiten de Europese Unie. Het verzoek is ingetrokken.

Rechtskader

Het verzoek om zekerheid vooraf ziet op de kwalificatie van het buitenlands fonds als niet- transparant. Relevant hierbij is het besluit van 11 januari 2007, nr. CPP2006/1870M (gewijzigd bij besluit van 15 december 2015, nr. BLKB2015/1511M). Verder ziet het verzoek van X om zekerheid vooraf dat de deelnemingsvrijstelling van toepassing is op artikel 13 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb). Er dient voldaan te zijn aan de eisen van artikel 13, tweede lid van de Wet Vpb en er mag geen sprake zijn van als belegging gehouden deelnemingen als bedoeld in artikel 13, negende lid van de Wet Vpb, tenzij sprake is van een kwalificerende beleggingsdeelneming als bedoeld in artikel 13, elfde lid van de Wet Vpb. Het besluit van 9 maart 2020, nr. 2020-0000000002 (besluit deelnemingsvrijstelling) is eveneens relevant in dit kader. De deelnemingsvrijstelling moet op het niveau van de directe deelneming worden getoetst. Relevant is het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter. Tevens is van belang de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen).

Overwegingen

1. Op basis van de aangeleverde feiten lijkt het verzoek op voorhand te voldoen aan de voorwaarden voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zoals genoemd in het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter. Om die reden is het verzoek in eerste instantie in behandeling genomen, maar omdat het verzoek is ingetrokken, is dit niet verder feitelijk beoordeeld. 20231212 ATR 000008
2. X is meermaals gewezen op de additionele informatie die moet worden verstrekt voor het in behandeling nemen van het verzoek. X heeft uiteindelijk besloten het vooroverleg te staken.
3. Een verdere inhoudelijke analyse is daardoor achterwege gebleven.

Conclusie

Er is geen vaststellingsovereenkomst tot stand gekomen, omdat het verzoek tot zekerheid vooraf is ingetrokken. Volledigheidshalve wordt nog opgemerkt dat voorgaande punten in beginsel zullen worden beoordeeld in het kader van het reguliere toezicht.