Aanleiding
X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor toepassing van de Innovatiebox over de periode 2017 tot en met 2019.
Feiten
X is een industriële onderneming met [151 – 300] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€ 51 miljoen – € 150 miljoen]. X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. In het verzoek om vooroverleg wordt verzocht om toepassing van de afpelmethode. De aangiften voor de jaren 2017 en 2018 zijn ingediend gedurende het vooroverleg. Het verzoek is ingetrokken.
Rechtskader
Het verzoek van X om toepassing van de Innovatiebox ziet op toepassing van het overgangsrecht als bedoeld in art artikel 34d van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb). Voorts zijn het besluit van 6 december 2018 (Stcrt. 2018, nr. 68661) inzake de toepassing van de Innovatiebox, het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, paragraaf 3 van het Besluit Fiscaal Bestuursrecht en de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen) aan de orde.
Overwegingen
Als gevolg van het effect van de uitgroeiregeling in het kader van het overgangsrecht zoals opgenomen in artikel 34d Wet Vpb en hetgeen hierover onder 10.2 van het besluit van 6 december 2018 is opgenomen, heeft belanghebbende een afweging gemaakt tussen de in casu uiteindelijke beperkte box voordelen en de additionele administratieve lasten voor toepassing van de Innovatiebox. Belanghebbende heeft in overleg met de Belastingdienst er vervolgens voor gekozen het vooroverleg te staken en heeft het verzoek om zekerheid vooraf ingetrokken.
Conclusie
Het verzoek is ingetrokken.