rul-20200407-atr-000013

Aanleiding

Er is verzocht door X om zekerheid vooraf over de kwalificatie van een buitenlands samenwerkingsverband naar Nederlandse fiscale maatstaven.

Feiten

X is een vennootschap opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X houdt zich bezig met beheer van pensioenvermogen. X wordt commanditair vennoot in Y; een samenwerkingsverband opgericht naar het recht van een lidstaat van de Europese Unie. De samenwerkingsovereenkomst is overhandigd. Het samenwerkingsverband kan geen juridisch eigendom hebben van vermogensbestanddelen. De commanditair vennoot is beperkt aansprakelijk voor schulden en andere verplichtingen van het samenwerkingsverband maar de beherend vennoot onbeperkt. Toetreding of vervanging is niet mogelijk zonder dat toestemming nodig is van alle participanten.

Rechtskader

Het verzoek van X om zekerheid vooraf ziet op de kwalificatie van Y naar Nederlandse fiscale maatstaven. Op grond van het besluit van 11 december 2009, nr.CPP2009/519M kunnen buitenlandse samenwerkingsverbanden worden gekwalificeerd voor Nederlandse fiscale doeleinden aan de hand van een toetsingskader. Artikel 2, derde lid, onderdeel c van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) in combinatie met het besluit inzake commanditaire vennootschappen en het toestemmingsvereiste van 15 december 2015, nr. BLKB2015/1209M spelen hierbij ook een rol. Relevant is verder het besluit van de Staatssecretaris van 19 juni 2019, nr. 2019/13003, Stcrt. 2019, nr. 35519, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter. Tevens is van belang de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden van de Staatssecretaris van 31 december 2018, nr. DB 2018/216528, Stcrt. 2018, 72064, zoals die is gewijzigd bij artikel VII van de Regeling van de Staatssecretaris van 18 december 2019, nr. 2019-0000199975, Stcrt. 2019, 69810.

Overwegingen

1. X maakt deel uit van een Nederlands concern dat in Nederland bedrijfseconomische operationele activiteiten uitoefent (de zogenoemde economische nexus) waarvoor op concernniveau voldoende relevant personeel in Nederland aanwezig is. De relevante bedrijfseconomisch operationele activiteiten worden voor rekening en risico van X uitgeoefend. Deze activiteiten passen bij de functies van X binnen het concern.
2. Het besparen van Nederlandse of buitenlandse belasting is niet de enige dan wel doorslaggevende beweegreden voor het aangaan van Y en evenmin heeft de gevraagde zekerheid vooraf betrekking op de fiscale gevolgen van directe transacties met entiteiten die zijn gevestigd in Staten die zijn opgenomen in de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden.
3. Aan de hand van de feiten en omstandigheden en het toetsingskader zoals neergelegd in het besluit van 11 december 2009, nr. CPP2009/519M is beoordeeld of Y overeenkomt met een kapitaalvennootschap of met een personenvennootschap. Toetsingskader: A) Kan het samenwerkingsverband de juridische eigendom hebben van de vermogensbestanddelen waarmee het de activiteiten uitoefent? B) Zijn alle participanten beperkt aansprakelijk voor de schulden en de andere verplichtingen van het samenwerkingsverband? C) Heeft het samenwerkingsverband een in aandelen verdeeld kapitaal in civielrechtelijke zin, dan wel kan het kapitaal in maatschappelijke zin gelijkgesteld worden met een in aandelen verdeeld kapitaal? D) Kan er, buiten het geval van vererving of legaat, toetreding of vervanging van participanten plaatsvinden zonder dat toestemming nodig is van alle participanten? In het gegeven geval worden de vragen A, B, C en D van het toetsingskader met ‘nee’ worden beantwoord. Dit betekent dat er in beginsel sprake is van een personenvennootschap.
4. Op grond van het besluit van 11 december 2009, nr. CPP2009/519M wordt vervolgens beoordeeld of er (a) sprake is van een samenwerkingsverband dat overeenkomt met een Nederlandse (open) commanditaire vennootschap (CV) dan wel of (b) de personenvennootschap in casu als kapitaalvennootschap deelneemt aan het economische verkeer. Uit de samenwerkingsovereenkomst blijkt dat Y een samenwerkingsverband is die vergelijkbaar is met een Nederlandse (open) commanditaire vennootschap. Dit is ook overeenkomstig de indicatie op de lijst die hoort bij het besluit van 11 december 2009, nr. CPP2009/519M.
5. Vervolgens is op grond van art. 2, lid 3, onderdeel c van de AWR in combinatie met het besluit van 15 december 2015, nr. BLKB2015/1209M beoordeeld of sprake is van een open of besloten CV(-achtige). Er is sprake van een besloten CV(-achtige) indien unanieme toestemming is vereist voor toetreding, vervanging en wijziging van de onderlinge gerechtigheid van de commanditaire vennoten. Aan dit vereiste wordt voldaan.

Conclusie

Op grond van het voorstaande wordt geconcludeerd dat Y transparant is voor Nederlandse fiscale maatstaven.