rul-20200317-atr-000004

Aanleiding

Er is een verzoek ingediend voor het verkrijgen van zekerheid vooraf ten aanzien van de uitbreiding van een reeds bestaande structuur. De gevraagde zekerheid betreft de kwalificatie van een commanditaire vennootschap en tevens de bevestiging dat de commanditaire vennootschap geen materiële onderneming drijft.

Feiten

X wordt een commanditaire vennootschap opgericht naar het recht van Nederland. X zal onderdeel uitmaken van een groep die actief is in de dienstverlenende sector. Het personeel van de groep in Nederland werkt voor rekening en risico van een andere groepsmaatschappij en beschikt over professionele kennis en (internationale) ervaring in deze sector. X zal geen enkele bemoeienis hebben met de investering in de bestaande portfoliovennootschap. Op het niveau van X komt derhalve alleen kapitaal bij elkaar. De toetreding, vervanging en wijziging van de onderlinge gerechtigheid van de commanditaire vennoten in X zal zijn onderworpen aan de unanieme toestemming van alle vennoten, zowel commanditaire als beherende vennoten. Geen van de commanditaire vennoten is gevestigd in staten die zijn opgenomen in de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden. Het verzoek is ingetrokken.

Rechtskader

Het verzoek ziet op de kwalificatie van de commanditaire vennootschap als besloten vennootschap. Van belang hierbij is het besluit van 15 december 2015, nr. BLKB2015/1209M. Relevant is hierbij het besluit van de Staatssecretaris van 19 juni 2019, nr. 2019/13003, Stcrt. 2019, nr. 35519, waarin de kaders voor het verkrijgen van zekerheid vooraf zijn gegeven met betrekking tot rulings met een internationaal karakter. Tevens is van belang de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden van de Staatssecretaris van 31 december 2018, nr. DB 2018/216528, Stcrt. 2018, 72064, zoals die is gewijzigd bij artikel VII van de Regeling van de Staatssecretaris van 18 december 2019, nr. 2019-0000199975, Stcrt. 2019, 69810.

Overwegingen

Het verzoek om zekerheid vooraf is ingetrokken, omdat de herstructurering voor onbepaalde tijd is uitgesteld. Zodoende is niet toegekomen aan de beoordeling of werd voldaan aan de voorwaarden uit het besluit van 19 juni 2019 (nummer 2019/13003). Een inhoudelijke analyse is daardoor achterwege gebleven.

Conclusie

Er is geen vaststellingsovereenkomst tot stand gekomen omdat het verzoek is ingetrokken.