rul-20231114-ibox-000005

20231114 IBOX 000005

Samenvatting

Aanleiding

De fiscale eenheid X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor aanpassing van de gemaakte afspraken voor toepassing van de Innovatiebox over de periode 2017 tot en met 2022. De aangiften Vennootschapsbelasting zijn inmiddels ingediend tot en met 2020.

Feiten

X is een dienstverlenende onderneming met [> 1.000] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€ 301 miljoen – € 500 miljoen]. X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. De producten van X worden met name in Europa verkocht. De aandelen in X worden gehouden door een moedermaatschappij in het buitenland. X is eigenaar van de door haar voortgebrachte immateriële activa. Research & Development vormt voor X een kernfunctie. X brengt jaarlijks immateriële activa voort waarvoor S&O-verklaringen worden verkregen met over de periode 2020 tot en met 2022 jaarlijks gemiddeld [> 50.000] toegekende en gerealiseerde S&O-uren per jaar. Bij de S&O-activiteiten zijn over die periode gemiddeld [> 50] medewerkers betrokken. Daarnaast heeft X over diezelfde periode gemiddeld jaarlijks [> € 10 miljoen] uitgegeven aan R&D-werkzaamheden. Als gevolg van een aantal overnames door X in 2020 van bedrijven met een eigen afspraak voor toepassing van de Innovatiebox (met een looptijd tot en met respectievelijk het jaar 2020 en 2021), en van de aansluitende voeging van deze bedrijven in de fiscale eenheid van X, zijn partijen in overleg getreden om te bezien op welke wijze het veranderde feitencomplex invloed heeft op de eerder gemaakte afspraken over de toepassing van de afpelmethode en om te komen tot een adequate aanpassing van deze afspraken gedurende de resterende looptijd van de vaststellingsovereenkomst van X.

Rechtskader

Het verzoek van X om toepassing van de Innovatiebox ziet op de artikelen 12b tot en met 12bg van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb). Voorts zijn het Innovatieboxbesluit 2021 en het besluit van 6 december 2018 (Stcrt. 2018, nr. 68661) inzake de toepassing van de Innovatiebox, hierna (gezamenlijk) te noemen besluit Innovatiebox, het Besluit vooroverleg rulings met een internationaal karakter, paragraaf 3 van het Besluit Fiscaal Bestuursrecht en de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden (met inachtneming van de jaarlijkse wijzigingen) aan de orde. 20231114 IBOX 000005

Overwegingen

1. X oefent in Nederland bedrijfseconomische operationele activiteiten uit (de zogenoemde economische nexus) en voorts worden de bedrijfseconomische operationele activiteiten voor rekening en risico van X uitgeoefend. Deze activiteiten passen bij de functie van het lichaam binnen het concern. Aanvullend is het besparen van Nederlandse of buitenlandse belasting niet de enige dan wel doorslaggevende beweegreden voor het verrichten van de (rechts)handeling(en) of transacties.
2. De door X gevraagde zekerheid vooraf heeft geen betrekking op de fiscale gevolgen van directe transacties met entiteiten die zijn gevestigd in staten die zijn opgenomen in de Regeling laagbelastende staten en niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden.
3. Bij de beoordeling van het verzoek is vastgesteld dat de overgenomen bedrijven tot en met het jaar 2022 een separate administratie voerden, en dat daarmee de voordelen separaat bepaalbaar zijn.
4. Bezien vanuit de fiscale eenheid van X is als gevolg van een aan de overname voorafgaande herstructurering in beperkte mate sprake van gekochte immateriële activa, hetgeen voor de jaren 2020 tot en met 2022 leidt tot een nexuscorrectie als bedoeld in artikel 12bb van de Wet Vpb van [0,76 – 1].
5. Overeengekomen is om de afspraken voor toepassing van de Innovatiebox zoals die eerder met de overgenomen bedrijven zijn gemaakt te verlengen tot en met het jaar 2022 (het einde van de looptijd van de bestaande vaststellingsovereenkomst van X), met inachtneming van de vastgestelde nexuscorrectie.
6. Voor het overige zijn de eerder tussen de Belastingdienst en X tot stand gekomen afspraken onverminderd van toepassing.

Conclusie

Er is overeenstemming bereikt over de aanpassing van de eerder tot stand gekomen afspraken met betrekking tot de Innovatiebox. Dit is vastgelegd in een addendum op de bestaande vaststellingsovereenkomst met een looptijd van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2022 en is van overeenkomstige toepassing in het jaar 2020, waarvoor de aangifte Vennootschapsbelasting reeds is ingediend. Voor het overige blijft de tussen de Belastingdienst en X overeengekomen vaststellingsovereenkomst van toepassing tot het einde van de looptijd.