#5
Aanleiding: X heeft een bilateraal verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2022 tot en met 2026. Dit verzoek is ingediend aansluitend op een unilateraal verzoek dat eerder heeft geresulteerd in een vaststellingsovereenkomst tussen de Belastingdienst en X voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.
Feiten: X is gevestigd in Nederland en maakt onderdeel uit van een multinationale groep. X is een producent en distributeur van bepaalde (consumenten)producten. X distribueert producten uit drie productcategorieën. A is het hoofdkantoor van de multinationale groep en principaal voor productcategorie 1. B is een gelieerde onderneming en is de principaal voor productcategorie 2. C is een gelieerde onderneming en is de principaal voor productcategorie 3. A, B en C zijn gevestigd in land Y in Europa.
X produceert en distribueert producten uit productcategorie 1 ten behoeve van A. X verkoopt de producten aan onafhankelijke afnemers in Nederland en gelieerde distributeurs in het buitenland. X verricht deze activiteiten onder aansturing en regie van A. A is de eigenaar van waardevolle immateriële activa met betrekking tot de producten en heeft X een licentie verstrekt voor het gebruik daarvan in zijn productie- en distributieactiviteiten. Voorts oefent A kernfuncties uit en draagt de belangrijkste ondernemersrisico’s.
X distribueert producten uit productcategorie 2 en 3 ten behoeve van B en C. X koopt de producten van B en C en verkoopt deze producten aan onafhankelijke afnemers in Nederland. X verricht deze activiteiten onder aansturing en regie van B en C. In dit kader draagt X slechts beperkte risico’s en bezit geen waardevolle immateriële activa.
Bij de uitoefening van de bovengenoemde activiteiten behaalt X omzet uit transacties met bepaalde groepsmaatschappijen gevestigd in laagbelastende staten. Deze omzet is minder dan 30% van de totale omzet die X behaalt met de bovengenoemde activiteiten.
De gevraagde zekerheid vooraf heeft betrekking op de arm’s-lengthbeloning voor de productie- en distributieactiviteiten van X.
De feiten zijn identiek aan de bestaande vaststellingsovereenkomst tussen de Belastingdienst en X. De bestaande vaststellingsovereenkomst is door X voorgelegd aan de bevoegde autoriteiten van land Y. De bevoegde autoriteiten hebben vervolgens overeenstemming bereikt over de arm’s- lengthbeloning voor de activiteiten van X. Deze beloning is identiek aan de beloning in de bestaande vaststellingsovereenkomst.
Open de ruling.
|