7 september 2023 Bekijk online
RULINGS&POLICY
Ontsluit rulings & kennisgroepstandpunten
Deze week zijn er 13 nieuwe samenvattingen van rulings gepubliceerd. Het betreft 3 advance tax rulings, 3 advance pricing agreements, 5 innovatiebox rulings, en 2 overige rulings.

Deze week 13 nieuwe rulings. Ruling #1 betreft de toepassing van de subjectieve toets van de inhoudingsvrijstelling in de dividendbelasting. Uitkomst logisch, maar mijn begrip is dat deze 'sandwich' nooit expliciet aan bod is geweest en de parlementaire geschiedenis wat verwarrend is (of althans, deze situatie nooit is behandeld).

Ruling #6 betreft een retailgroep met routinematige verkoopactiviteiten in Nederland. De COVID-19 pandemie heeft een significante impact gehad op de operationele activiteiten van X. Voor COVID-jaren is salesgerelateerde belastbare marge geacccepteerd laag in de range.

Ruling #12 betreft afstemming over de gevolgen voor de dividendbelasting bij een grensoverschrijdend juridische fusie tussen een (EU) moedermaatschappij en een Nederlandse dochtermaatschappij, met de dochtermaatschappij als verdwijnende vennootschap:

"Artikel 2 van de Wet DB bepaalt dat dividendbelasting wordt geheven naar de opbrengst verkregen met de in artikel 1 van de Wet DB bedoelde aandelen, winstbewijzen en geldleningen. Artikel 3 van de Wet DB bepaalt welke bestanddelen tot de opbrengst behoren. Een (grensoverschrijdende) juridische fusie is geen belastbaar feit voor de Wet DB en behoort niet tot de opbrengst als bedoeld in artikel 3 Wet DB."

Dank voor het lezen!

Advance Tax Rulings

#1

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of er sprake is van inhoudingsplicht voor de dividendbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X behoort tot een internationaal opererend concern in de industriële sector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en de in Nederland tot het concern behorende vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [76-150] werknemers in Nederland.

X wordt op dit moment gehouden door XX, haar enig aandeelhouder opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. Het concern heeft het voornemen om XX en X te fuseren waarbij X de verkrijgende vennootschap is. Deze fusie maakt onderdeel uit van een wereldwijde herstructurering van de groep.

De aandelen XX zijn in handen van één aandeelhouder Y, feitelijk gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie (EU). Na de fusie zal Y de aandelen X houden. Z houdt op haar beurt alle aandelen in Y. Z is opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. Z wordt op haar beurt gehouden door ZZ, een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. ZZ zal dividendbelasting inhouden op opbrengsten die ter beschikking worden gesteld aan de opbrengstgerechtigde(n), omdat de inhoudingsvrijstelling niet van toepassing is.

Open de ruling.

#2

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of er sprake is van inhoudingsplicht voor de dividendbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2023 tot en met 2027.

Feiten: X is een nieuw opgerichte coöperatie naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X behoort tot een Nederlands concern met een hoofdkantoor in Nederland, dat actief is in de dienstverlenende sector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en de in Nederland tot het concern behorende vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [1 - 10] werknemers in Nederland.

Het doel van X is om te investeren in verschillende portfoliovennootschappen. Het personeel in Nederland werkt voor rekening en risico van X, heeft professionele kennis en ervaring, is verantwoordelijk voor de selectie en aansturing van de investeringen en zal in dat kader verantwoordelijk zijn voor strategische beslissingen. X heeft eigen kantoorruimte ter beschikking.

X zal geen stukken uitgeven die in fiscale zin kwalificeren als schriftelijke aandeelbewijzen of daarmee vergelijkbare stukken. Daarnaast is een lidmaatschapsrecht in X slechts overdraagbaar na voorafgaande schriftelijke toestemming daartoe door alle leden van X. X zal de samenstelling van het ledenbestand bijhouden in een ledenregister.

Open de ruling.

#3

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de kwalificatie van een fonds voor gemene rekening (FGR) en de afwezigheid van een vaste inrichting in Nederland voor de vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2023 tot en met 2027 (aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2022).

Feiten: X1 respectievelijk X2 zijn beide een FGR opgericht naar het recht van Nederland. Het doel van zowel X1 als X2 is om investeerders samen te brengen (poolen) om zodoende kapitaal te investeren. De beheerder van X1 respectievelijk X2 is een naamloze vennootschap opgericht naar het recht van Nederland (Z). De bewaarder van X1 is een stichting opgericht naar het recht van Nederland (Y1). De bewaarder van X2 is eveneens een stichting opgericht naar het recht van Nederland (Y2).

In Nederland worden door de tot het concern behorende vennootschappen bedrijfseconomische activiteiten uitgeoefend door [26 - 75] werknemers. X1 en X2 oefenen geen activiteiten uit in Nederland die het beleggingscriterium ontstijgen. Het concern is actief in de dienstverlenende sector.

De vervreemding van bewijzen van deelgerechtigdheid in X1 respectievelijk X2 kan formeel en materieel uitsluitend geschieden aan het fonds zelf.

Open de ruling.

Advance Pricing Agreements

#4

Aanleiding: X heeft een bilateraal verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2021 tot en met 2025, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2020.

Feiten: X is een vennootschap gevestigd buiten de Europese Unie (EU). De aandelen van X berusten bij twee niet aan elkaar geliëerde vennootschappen, waarvan de een in Nederland is gevestigd de ander buiten de EU. X is actief in de handelssector en exploiteert materiële vaste activa. X heeft een vaste inrichting in Nederland met [11 - 25] personeelsleden in Nederland die de in Nederland gelegen materiële vaste activa van X exploiteert. De vaste inrichting voert haar activiteiten uit in gemeenschappelijke aansturing en regie met het hoofdhuis. De vaste inrichting loopt bij het uitvoeren van haar activiteiten ondernemingsrisico’s. De gevraagde zekerheid vooraf ziet op de toerekening van de winst van X terzake van de door de vaste inrichting in Nederland verrichte activiteiten en daarmee op alle zogenaamde dealings tussen hoofdhuis en vaste inrichting.

Open de ruling.

#5

Aanleiding: X heeft een bilateraal verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2019 tot en met 2024.

Feiten: X is een vennootschap gevestigd in Nederland en behoort tot de Z-groep. De Z-groep is actief in de informatietechnologie sector. Z is gevestigd in de Europese Unie (EU) en functioneert als het hoofdkantoor van de Z-groep. Z verkoopt bepaalde producten en verleent gerelateerde diensten aan klanten wereldwijd.

X verricht administratieve dienstverlenende activiteiten ten behoeve van Z.

Open de ruling.

#6

Aanleiding: X heeft een verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2020/2021 tot en met 2024/2025, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2019/2020.

Feiten: X is een in Nederland gevestigde vennootschap en maakt onderdeel uit van de internationaal opererende Y-groep. De Y-groep is actief in de retail sector. Y is gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie (EU) en maakt ook onderdeel uit van de Y-groep.

Y verricht de belangrijkste kernfuncties van de groep zoals het samenstellen van het assortiment, inkoop, centrale marketing en het vaststellen van de te hanteren verkoopprijzen. Y is de eigenaar van alle immateriële activa van de groep en draagt alle daaraan gerelateerde kosten. Voorts draagt Y de belangrijkste ondernemersrisico’s en functioneert als de principaal binnen de groep.

X verricht routinematige verkoopactiviteiten in Nederland. X is verantwoordelijk voor het dagelijks management van de activiteiten in Nederland binnen de door Y gestelde kaders. De activiteiten van X zijn uitvoerend van aard en X loopt beperkte risico’s. X is geen eigenaar van waardevolle activa.

De COVID-19 pandemie heeft een significante impact gehad op de operationele activiteiten van X.

Open de ruling.

Innovatiebox

#7

Aanleiding: De fiscale eenheid X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor toepassing van de innovatiebox over de periode 2023 tot en met 2027, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2022.

Feiten: X is een industriële en dienstverlenende onderneming met [151 – 300] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€ 51 miljoen - € 150 miljoen]. Deze omzet wordt behaald met de verkoop en verhuur van eigen (gepatenteerde) producten waarin technologie (waaronder programmatuur) is verwerkt die is ontwikkeld door X.

De fiscale eenheid X dient het verzoek in voor de activiteiten van de gevoegde dochter- maatschappij Y, waar de ontwikkelactiviteiten plaatsvinden. X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. De fiscale eenheid X verricht transacties met buitenlandse groepsvennootschappen (met een (in-)directe verbondenheid groter dan 25%) die onder andere de producten van X wereldwijd verkopen.

X is eigenaar van de door haar voortgebrachte immateriële activa. Naast het verrichten van routinematige activiteiten (met betrekking tot productie, routinematige verkoop en verhuur van de zelf ontwikkelde producten) heeft X ook een entrepreneursrol met als bijbehorende functies (strategische) Marketing & Sales, Corporate Excellence en Research & Development. In dat kader beschikt X over een R&D-afdeling en brengt jaarlijks immateriële activa voort waarvoor S&O- verklaringen worden verkregen met over de periode 2020 tot en met 2022 gemiddeld [10.000 – 20.000] toegekende en gerealiseerde S&O-uren per jaar. Bij de S&O-activiteiten zijn over die periode gemiddeld [21 – 30] R&D-medewerkers betrokken. Daarnaast heeft X over diezelfde periode gemiddeld jaarlijks [€ 1 miljoen - € 5 miljoen] uitgegeven aan R&D- werkzaamheden. De daarmee gemoeide kosten bedragen gemiddeld [< 5%] van de omzet.

De succesvol afgeronde S&O-projecten hebben geleid tot meerdere aangevraagde en verleende patenten. Er zijn daarnaast ook enkele patenten in aanvraag. De patenten zien in hoofdzaak op producttechnologie en incidenteel op procestechnologie. Daarnaast is sprake van zelf ontwikkelde programmatuur.

X is voor haar specifieke marktgebied een van de Europese marktleiders. Het succes laat zich ook afmeten aan een structureel hoge winstgevendheid van de onderneming en het feit dat X gedurende de afgelopen jaren sterk is gegroeid.

In het verzoek om vooroverleg wordt verzocht om toepassing van de afpelmethode.

Open de ruling.

#8

Aanleiding: De fiscale eenheid X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor toepassing van de innovatiebox over de periode 2021 tot en met 2026, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2020. De aangiften vennootschapsbelasting zijn inmiddels ingediend tot en met 2021.

Feiten: X is een industriële onderneming met [76 – 150] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€ 16 miljoen - € 50 miljoen]. Deze omzet wordt behaald met eigen (deels gepatenteerde) producten waarin technologie is verwerkt die is ontwikkeld door X.

De fiscale eenheid X dient het verzoek in voor de activiteiten van de gevoegde dochter- maatschappij Y, waar de ontwikkelactiviteiten plaatsvinden. X heeft een dochtermaatschappij in het buitenland, die onder andere de producten van X in haar thuismarkt verkoopt.

X is eigenaar van de door haar voortgebrachte immateriële activa. Naast het verrichten van routinematige activiteiten (met betrekking tot productie en service/aftersales) heeft X ook een entrepreneursrol met als bijbehorende functies (strategische) Marketing & Sales, Production & Logistics, Corporate Excellence en Research & Development. In dat kader beschikt X over een R&D-afdeling en brengt jaarlijks immateriële activa voort waarvoor S&O-verklaringen worden verkregen met over de periode 2019 tot en met 2021 gemiddeld [<5.000] toegekende en gerealiseerde S&O-uren per jaar. Bij de S&O-activiteiten zijn over die periode gemiddeld [11 – 20] R&D-medewerkers betrokken. Daarnaast heeft X over diezelfde periode gemiddeld jaarlijks [€ 0,5 miljoen - € 1 miljoen] uitgegeven aan R&D-werkzaamheden. De daarmee gemoeide kosten bedragen gemiddeld [<5%] van de omzet.

X is voor haar specifieke marktgebied een van de Europese marktleiders. Het succes laat zich ook afmeten aan een structureel hoge winstgevendheid van de onderneming.

In het verzoek om vooroverleg wordt verzocht om ongewijzigde toepassing van de afpel- methode, aangezien feiten en omstandigheden niet wezenlijk zijn gewijzigd ten opzichte van de voorafgaande vaststellingsovereenkomst.

Open de ruling.

#9

Aanleiding: De fiscale eenheid X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor toepassing van de innovatiebox over de periode 2021 tot en met 2025, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2020.

Feiten: X is een industriële en dienstverlenende onderneming met [151 – 300] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€ 51 miljoen - € 150 miljoen]. Deze omzet wordt deels behaald met eigen (gepatenteerde) producten waarin technologie is verwerkt die is ontwikkeld door X.

X ontwerpt, produceert en installeert complete proceslijnen, fabrieksupgrades en uitbreiding van capaciteit, alsook individuele machines. X biedt totaaloplossingen aan inclusief projectmanagement, ontwerp van de fabrieksvoorzieningen en procesondersteuning.

Het wereldwijde netwerk van X bestaat uit verkoopkantoren in verschillende landen en wordt tevens door agenten ondersteund.

De fiscale eenheid X dient het verzoek in voor de activiteiten van de gevoegde dochtermaatschappij Y, waar de ontwikkelactiviteiten plaatsvinden.

X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. De fiscale eenheid X verricht transacties met buitenlandse groepsvennootschappen (met een (in-)directe verbondenheid groter dan 25%) die onder andere de producten van X wereldwijd verkopen.

X is eigenaar van de door haar voortgebrachte immateriële activa. X heeft een entrepreneursrol met als bijbehorende functies (strategische) Marketing & Sales, Corporate Excellence, Productie, Engineering en Research & Development. In dat kader beschikt X over een R&D-afdeling en brengt jaarlijks immateriële activa voort waarvoor S&O-verklaringen worden verkregen met over de periode 2019 tot en met 2022 gemiddeld [10.000 – 20.000] toegekende en gerealiseerde S&O- uren per jaar. Bij de S&O-activiteiten zijn over die periode gemiddeld [21 – 50] R&D- medewerkers betrokken die een deel van hun tijd aan R&D besteden. Daarnaast heeft X over diezelfde periode gemiddeld jaarlijks [< € 0,5 miljoen] uitgegeven aan R&D-werkzaamheden. De daarmee gemoeide kosten bedragen gemiddeld [<5%] van de omzet.

De succesvol afgeronde S&O-projecten hebben geleid tot meerdere aangevraagde en verleende patenten. De patenten zien op producttechnologie.

In het verzoek om vooroverleg wordt verzocht om toepassing van de afpelmethode.

Open de ruling.

#10

Aanleiding: De vennootschap X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor aanpassing van de gemaakte afspraken voor toepassing van de innovatiebox, welke zijn vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst over de periode 2018 tot en met 2022. De aangiften vennootschapsbelasting zijn inmiddels ingediend tot en met 2021.

Feiten: X is een dienstverlenende onderneming met [11 – 25] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€ 6 miljoen - € 15 miljoen].

X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. De producten van X worden wereldwijd verkocht. De aandelen in X worden (middellijk) gehouden door een buitenlandse moedermaatschappij.

X is eigenaar van de door haar voortgebrachte immateriële activa. X brengt jaarlijks immateriële activa voort waarvoor in beperkte mate S&O-verklaringen worden verkregen met over de periode 2018 tot en met 2022 jaarlijks gemiddeld [< 5.000] toegekende en gerealiseerde S&O- uren per jaar. Bij de S&O-activiteiten zijn over die periode gemiddeld [5 – 10] medewerkers betrokken.

Daarnaast heeft X over diezelfde periode gemiddeld jaarlijks [< € 0,5 miljoen] uitgegeven aan R&D-werkzaamheden.

Als gevolg van een substantiële terugloop in de toegekende en gerealiseerde S&O-uren
en de constatering dat X met ingang van het jaar 2021 niet meer kwalificeert als kleinere belastingplichtige zijn partijen in overleg getreden. Doel van dat overleg was om te bezien op welke wijze deze wezenlijke veranderingen in het feitencomplex invloed hebben op de eerder gemaakte afspraken over de toepassing van de innovatiebox, en om te komen tot een adequate aanpassing gedurende de resterende looptijd van de vaststellingsovereenkomst.

Open de ruling.

#11

Aanleiding: De fiscale eenheid X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor toepassing van de innovatiebox over de periode 2017 tot en met 2023, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2016.

Feiten: X is een industriële onderneming met [151 – 300] personeelsleden in Nederland, met
een jaarlijkse omzet van [€ 151 miljoen - € 300 miljoen]. X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. In het verzoek om vooroverleg wordt verzocht om toepassing van de afpelmethode.

Open de ruling.

Overige rulings

#12

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of een grensoverschrijdende juridische fusie zonder heffing van dividendbelasting en vennootschapsbelasting kan geschieden.

Feiten: X is een rechtspersoon gevestigd in en opgericht naar het recht van Nederland. X exploiteert Nederlands vastgoed. X behoort tot een concern dat zich bezig houdt met de ontwikkeling en exploitatie van onroerende zaken binnen Europa. De aandelen van X worden gehouden door Y, een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in een staat binnen de Europese Unie (EU). De tophoudster van het concern is gevestigd in dezelfde lidstaat van de EU als Y. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door het concern.

De wens bestaat om ter vereenvoudiging van de concernstructuur een grensoverschrijdende juridische fusie aan te gaan waarbij X de verdwijnende vennootschap is en Y de verkrijgende vennootschap. Na de grensoverschrijdende fusie zal Y buitenlands belastingplichtig zijn voor de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb), omdat het Nederlandse vastgoed aangemerkt wordt als vaste inrichting.

De inspecteur heeft op verzoek van X bij voor bezwaar vatbare beschikking bevestigd dat de grensoverschrijdende juridische fusie niet is gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing en dat de fusie, onder het stellen van voorwaarden, zonder winstneming kan plaatsvinden.

X heeft ook gevraagd om zekerheid vooraf ten aanzien van de grensoverschrijdende fusie die valt onder de reikwijdte van het Besluit rulings met een internationaal karakter.

Open de ruling.

#13

Aanleiding: Er is een verzoek ingediend voor het verkrijgen van zekerheid vooraf ten aanzien van de gevolgen van een emigratie. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2023 tot en met 2027.

Feiten: X is een vennootschap opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X houdt alle aandelen in Y, eveneens opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. Y houdt alle aandelen in drie vennootschappen opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. Deze 3 vennootschappen zijn actief in de handelssector.

De 100% aandeelhouder van X is een natuurlijk persoon (DGA) woonachtig in een lidstaat van de Europese Unie (EU). De DGA is voornemens om X te verplaatsten van Nederland naar deze zelfde EU-lidstaat.

Het verzoek is ingetrokken.

Open de ruling.

Heb je deze nieuwsbrief doorgestuurd gekregen en wil je deze in het vervolg zelf direct ontvangen? Of wil je ook de nieuwsbrief met nieuwe kennisgroepstandpunten ontvangen? Abonneer via onderstaande knop!

Abonneer!
Uitschrijven   |   Beheer je abonnement


Copyright © 2023 Maurits Vedder. Alle rechten voorbehouden. Dit bericht bevat geen belastingadvies. Voor zover er standpunten worden ingenomen in berichten zijn dat de persoonlijke standpunten van de schrijver. Hetzelfde geldt voor spel- en stijlfouten, en stomme grappen.