|
Deze week 1 nieuwe samenvatting (#1). Het betreft de aanwezigheid van een vaste inrichting. Het feitenpatroon is best interessant.
De verzoekende entiteit heeft meerdere activiteiten in Nederland; A1, A2, en A3. A1 en A2 leiden tot belastingplicht in Nederland, A3 niet. Het zijn "verschillende activiteiten (...) die geen verband met elkaar houden". Geen 'force of attraction'.
De A3-activiteiten worden meerdere keren per jaar verricht op verschillende plaatsen voor een derde partij. Er is een meerjarige raamovereenkomst. Het is niet vooraf bekend of de verzoekende entiteit gaat worden ingeschakeld. Voor elke opdracht wordt een aparte overeenkomst gesloten (onder de raamwerkovereenkomst). Werkzaamheden op een bepaalde locatie duren niet langer dan enkele weken. Er is geen toegang tot een vaste bedrijfsinrichting van de derde partij.
Ik vraag me af wat hier de kernoverweging is. Is het dat er geen voldoende vaste plaats is? Dat lijkt me afhankelijk van de afspraak. Ik kan me voorstellen dat er wel sprake is van een 'commerciële en geografische éénheid. Ik zou verwachten dat die er wel is. Is het dan dat er geen bedrijfsinrichting ter beschikking staat? Feiten zijn wat mij betreft te onduidelijk om daar iets zinnigs over te kunnen zeggen. Is het dan omdat het niet vast in tijd is? Dat lijkt mij mogelijk de doorslaggevende factor; kortdurende projecten, die los van elkaar staan.
Dank voor het lezen! |