2 januari 2024 Bekijk online
RULINGS&POLICY
Ontsluit rulings & kennisgroepstandpunten

Deze week 3 nieuwe kennisgroepstandpunten, een een intrekking.

Kennisgroepstandpunten #1 en #2 zien op het in bezwaar gaan tegen een beschikking die conform eerder verzoek is opgelegd, bijvoorbeeld in geval van fouten of voortschrijdend inzicht. In #1 gaat het over de fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting, in #2 gaat het over (het afzien van) de toepassing van de inhoudingsvrijstelling.

Dank voor het lezen!

Formeel recht

#1

Aanleiding:

Drie casus:

1. Een moedermaatschappij en een dochtermaatschappij (hierna gezamenlijk ook te noemen belanghebbende) hebben verzocht om te worden aangemerkt als een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting (hierna: Vpb). Het verzoek wordt gehonoreerd. Bij ontvangst van de beschikking realiseert belanghebbende zich dat zij een verzoek om een fiscale eenheid voor de omzetbelasting had willen doen. Belanghebbende gaat in bezwaar en vraagt om herroeping van de beschikking.

2. Belanghebbende heeft op 15 december 2022 verzocht om beëindiging van een fiscale eenheid Vpb met ingang van 15 december 2022. Het verzoek wordt gehonoreerd. Bij ontvangst van de beschikking realiseert belanghebbende zich dat zij een fout heeft gemaakt in het verzoek, want de bedoeling was om de beëindiging te laten ingaan op 1 januari 2023. Belanghebbende gaat in bezwaar en vraagt om aanpassing van de ingangsdatum van de beschikking.

3. Belanghebbende heeft op 15 december 2022 verzocht om beëindiging van een fiscale eenheid Vpb met ingang van 15 december 2022. Het verzoek wordt gehonoreerd. Na ontvangst van de beschikking komt belanghebbende tot het inzicht dat zij liever de fiscale eenheid Vpb in stand laat. Belanghebbende gaat in bezwaar en vraagt om herroeping van de beschikking.

Vraag: Kan in bezwaar een beschikking tot het aangaan of beëindigen van een fiscale eenheid vennootschapsbelasting, die volledig tegemoetkomt aan het verzoek van belanghebbende, worden herroepen of aangepast?

Antwoord: Ja, op grond van artikel 7:11, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) kan het bestuursorgaan het bestreden besluit herroepen en voor zover nodig in de plaats daarvan een nieuw besluit nemen.

Op grond van artikel 7:11 Awb dient in de bezwaarfase een volledige heroverweging van het primaire besluit plaats te vinden. Dit maakt de bezwaarfase bij uitstek geschikt voor het corrigeren van fouten (daaronder verstaat de kennisgroep ook vergissingen en voortschrijdend inzicht). Het gaat daarbij zowel om herstel van fouten gemaakt door het bestuursorgaan als om fouten gemaakt door de burger. Dit betekent echter niet dat alle fouten gemaakt bij de aanvraag door een belanghebbende in de bezwaarfase kunnen worden hersteld. Als een bij de aanvraag gemaakte fout niet kan worden hersteld volgt dit doorgaans uit de wijze of het moment waarop de aanvraag moet worden gedaan, het systeem van de wet of de aard van de gevraagde beschikking.

Lees het kennisgroepstandpunt.

#2

Aanleiding: Een inhoudingsplichtige heeft 15% dividendbelasting ingehouden en op aangifte afgedragen met betrekking tot een uitdeling die voor de opbrengstgerechtigde (de belastingplichtige voor de dividendbelasting) behoort tot een voordeel waarop de deelnemingsvrijstelling, als bedoeld in artikel 13 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: Wet Vpb 1969) van toepassing is. De inhoudingsplichtige maakt tijdig bezwaar tegen de afdracht van dividendbelasting en de belastingplichtige maakt tijdig bezwaar tegen de inhouding van dividendbelasting. Beide willen zich alsnog beroepen op de (facultatieve) vrijstelling van artikel 4, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op de dividendbelasting 1965 (hierna: Wet DB 1965).

Vragen:

1. Kan een inhoudingsplichtige, die ervoor kiest de inhoudingsvrijstelling van artikel 4, eerste lid, onderdeel a, Wet DB 1965 niet toe te passen en dus dividendbelasting inhoudt en op aangifte afdraagt, op deze keuze terugkomen door middel van het indienen van een bezwaarschrift tegen de op aangifte afgedragen dividendbelasting?

2. Kan de belastingplichtige de keuze van de inhoudingsplichtige om de inhoudingsvrijstelling niet toe te passen wijzigen door middel van het indienen van een bezwaarschrift tegen de ingehouden dividendbelasting?

Antwoorden: 1. Ja. 2. Nee.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Loonheffing algemeen

#3

Aanleiding: Een werkgever vergoedt aan ingekomen werknemers eerste en dubbele huisvestingskosten en wil de vergoedingen aanwijzen als eindheffingsbestanddeel in de zin van artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB 1964). Hij vraagt zich af of dit mogelijk is en zo ja, of de vergoedingen gericht vrijgesteld zijn op grond van artikel 31a, tweede lid, Wet LB 1964.

Vragen:

1. Kan de werkgever een vergoeding voor eerste huisvestingskosten aanwijzen als eindheffingsbestanddeel en de gerichte vrijstelling voor extraterritoriale kosten (hierna: ET-kosten) toepassen?

2. Kan de werkgever een vergoeding voor dubbele huisvestingskosten aanwijzen als eindheffingsbestanddeel en de gerichte vrijstelling voor ET-kosten toepassen?

3. Kan de werkgever een vergoeding voor eerste huisvesting aanwijzen als eindheffingsbestanddeel naast de 30%-vergoeding?

4. Kan de werkgever een vergoeding voor dubbele huisvesting aanwijzen als eindheffingsbestanddeel naast de 30%-vergoeding?

5. Kan de werkgever een vergoeding voor overige (ET-)kosten aanwijzen als eindheffingsbestanddeel naast de 30%-vergoeding?

Antwoorden:

1. Ja, de werkgever kan de gerichte vrijstelling voor ET-kosten toepassen op het bedrag van de vergoeding dat uitgaat boven 18% van het loon, voor zover de vergoeding niet uitgaat boven hetgeen redelijkerwijs als zakelijk kan worden beschouwd. Het meerdere kan de werkgever niet aanwijzen als eindheffingsbestanddeel door het aanwijsverbod van het genot van een woning.

2. Ja, de werkgever kan de gerichte vrijstelling voor ET-kosten toepassen, voor zover de vergoeding niet uitgaat boven hetgeen redelijkerwijs als zakelijk kan worden beschouwd. Het meerdere kan de werkgever aanwijzen als eindheffingsbestanddeel, mits aan de gebruikelijkheidseis wordt voldaan.

3. Nee, het aanwijzen van een vergoeding voor eerste huisvestingskosten naast een 30%-vergoeding is niet mogelijk door het aanwijsverbod van het genot van een woning.

4. Ja, het aanwijzen van een vergoeding voor dubbele huisvestingskosten naast een 30%-vergoeding is mogelijk, mits aan de gebruikelijkheidseis wordt voldaan. Dit is afhankelijk van de feiten en omstandigheden. Het is niet per definitie gebruikelijk of ongebruikelijk om een dergelijke vergoeding aan te wijzen als eindheffingsbestanddeel.

5. Ja, het aanwijzen van een vergoeding voor overige (ET-)kosten naast een 30%-vergoeding is mogelijk, mits aan de gebruikelijkheidseis wordt voldaan. Dit is afhankelijk van de feiten en omstandigheden. Het is niet per definitie gebruikelijk of ongebruikelijk om dergelijke vergoedingen aan te wijzen als eindheffingsbestanddeel.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Intrekkingen

KG:206:2021:28 (Bezwaarfase ook voor herstel van fouten gemaakt door belanghebbende bijverzoek tot aangaan of verbreken van een fiscale eenheid) is ingetrokken en vervangen door KG:206:2023:10 (ruling #1).

Heb je deze nieuwsbrief doorgestuurd gekregen en wil je deze in het vervolg zelf direct ontvangen? Of wil je ook de nieuwsbrief met nieuwe rulings ontvangen? Abonneer via onderstaande knop!

Abonneer!
Uitschrijven   |   Beheer je abonnement


Copyright © 2023 Maurits Vedder. Alle rechten voorbehouden. Dit bericht bevat geen belastingadvies. Voor zover er standpunten worden ingenomen in berichten zijn dat de persoonlijke standpunten van de schrijver. Hetzelfde geldt voor spel- en stijlfouten, en stomme grappen.