View online
RULINGS&POLICY
Ontsluit Nederlandse tax rulings
Deze week zijn er 14 nieuwe samenvattingen van rulings gepubliceerd. Daarvan zijn er 9 advance tax rulings, 3 advance pricing agreements, 2 innovatiebox rulings, en 0 overige rulings.

Deze week de eerste inhoudelijke ruling (#1) over de 'flankerende maatregel' bij de verrekenprijsmismatch-regels; artikel 8bd Wet Vpb. Eerder was ook al deze samenvatting gepubliceerd, maar daar was geen zekerheid gegeven. Ik begrijp dat het gaat om een cashstorting in een 'disregarded' BV. De cashstorting vindt plaats in dezelfde valuta als de functionele valuta van de BV. "Zowel in de civielrechtelijke vormgeving van de kapitaalstorting als in de jaarrekening van Y en X wordt voor de kapitaalstorting de waarde in het economische verkeer gehanteerd." Het is allemaal niet heel spannend, omdat het volledig overeen lijkt te komen met het recente besluit

Rulings #3 en #4 zijn ook noemenswaardig, hoewel het niet de eersten in hun soort zijn (hier). Het betreft de toepassing van de deelnemingsvrijstelling op basis van de oogmerktoets ten aanzien van een als commanditair vennoot gehouden belang in een CV-achtige. De commandiet treedt op als houdstervennootschap en is actief betrokken bij de aansturing van de (niet-transparante) CV-achtige. Ik zou doorgaans verwachten dat in een commandiet beperkte betrokkenheid heeft bij de activiteiten van de CV-achtige. Dat kan bijvoorbeeld anders zijn als het een CV-achtige binnen een groep is, of wanneer een bepaalde investeerder bijzondere betrokkenheid heeft bij de CV-achtige (bijvoorbeeld als anchor-investments).

Advance Tax Ruling

#1

Aanleiding: Er is een verzoek ingediend voor het verkrijgen van zekerheid vooraf dat artikel 8bd van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb) buiten toepassing kan blijven. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X, een vennootschap opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd, verricht operationele activiteiten in Nederland. X behoort tot een internationaal beursgenoteerd concern, actief in de industriële sector. X treedt op als een houdstervennootschap. In Nederland worden door X en aan haar gelieerde vennootschappen bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door [26-75] werknemers.

Y, een vennootschap opgericht naar het recht van en gevestigd in een staat buiten de Europese Unie (verdragsland A), is enig aandeelhouder van X.

Op grond van de fiscale regels van verdragsland A wordt X aangemerkt als een fiscaal transparant lichaam. X wordt voor Nederlandse fiscale maatstaven aangemerkt als niet- transparant en derhalve is X een hybride entiteit.

X ontvangt van Y een kapitaalstorting in contanten (kasstorting) in het kader van de uitoefening van haar bedrijfsactiviteiten. Deze kapitaalstorting vindt plaats in dezelfde valuta als de functionele valuta waarin de aangifte vennootschapsbelasting van X wordt opgesteld. Zowel in de civielrechtelijke vormgeving van de kapitaalstorting als in de jaarrekening van Y en X wordt voor de kapitaalstorting de waarde in het economische verkeer gehanteerd.

Open de ruling.

#2

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de afwezigheid van een vaste inrichting voor de vennootschapsbelasting in Nederland. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in een land buiten de Europese Unie (EU), waarmee Nederland een verdrag heeft gesloten (verdragsland A).

X is onderworpen aan winstbelasting in verdragsland A. X laat door een derde partij een marktonderzoek verrichten om te bepalen of Nederland een potentiele afzetmarkt is voor haar diensten. X oefent zelf geen activiteiten uit in Nederland.

Open de ruling.

#3

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de kwalificatie van een buitenlands samenwerkings­ verband naar Nederlandse fiscale maatstaven en de deelnemingsvrijstelling voor de vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2021 tot en met 2025. Dit is aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2020.

Feiten: X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X behoort tot een internationaal opererend concern in de handelssector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en aan haar gerelateerde Nederlandse vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [>1.000] werknemers in Nederland.

X houdt ­ als commanditair vennoot ­ een belang in een samenwerkingsverband ­ vergelijkbaar met een commanditaire vennootschap ­ opgericht naar het recht van een lidstaat binnen de Europese Unie (Y). De toetreding, vervanging en wijziging van de onderlinge gerechtigheid van commanditaire vennoten in Y is mogelijk zonder dat unanieme toestemming nodig is van alle participanten.

X treedt op als houdstervennootschap en is actief betrokken bij de aansturing van haar deelneming. De activiteiten van de deelneming liggen in het verlengde van de werkzaamheden van het concern in haar geheel.

Open de ruling.

#4

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de kwalificatie van een buitenlands samenwerkingsverband naar Nederlandse fiscale maatstaven en de deelnemingsvrijstelling voor de vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2021 tot en met 2025. Dit is aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2020.

Feiten: X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X behoort tot een internationaal opererend concern in de handelssector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en aan haar gerelateerde Nederlandse vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [>1.000] werknemers in Nederland.

X houdt - als commanditair vennoot - een belang in een samenwerkingsverband - vergelijkbaar met een commanditaire vennootschap - opgericht naar het recht van een lidstaat binnen de Europese Unie (Y). De toetreding, vervanging en wijziging van de onderlinge gerechtigheid van commanditaire vennoten in Y is mogelijk zonder dat unanieme toestemming nodig is van alle participanten.

X treedt op als houdstervennootschap en is actief betrokken bij de aansturing van haar deelneming. De activiteiten van de deelneming liggen in het verlengde van de werkzaamheden van het concern in haar geheel.

Open de ruling.

#5

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of er sprake is van inhoudingsplicht voor de dividendbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X is een coöperatie opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X behoort tot een Nederlands concern met een hoofdkantoor in Nederland, welke actief is in de dienstverlenende sector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en aan haar gerelateerde Nederlandse vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [26 - 75] werknemers in Nederland.

Het doel van X is om te investeren in verschillende portfoliovennootschappen. Het personeel in Nederland werkt voor rekening en risico van X, heeft professionele kennis en ervaring,
is verantwoordelijk voor de selectie en aansturing van de investeringen en zal in dat kader verantwoordelijk zijn voor strategische beslissingen. X heeft eigen kantoorruimte ter beschikking.

X zal geen stukken uitgeven die in fiscale zin kwalificeren als schriftelijke aandeelbewijzen of daarmee vergelijkbare stukken. Daarnaast is een lidmaatschapsrecht in X slechts overdraagbaar na voorafgaande schriftelijke toestemming daartoe door alle leden van X. X zal de samenstelling van het ledenbestand bijhouden in een ledenregister.

Open de ruling. 

#6

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of er sprake is van inhoudingsplicht voor de dividendbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2023 tot en met 2027. Dit is aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2022.

Feiten: X is een coöperatie opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X behoort tot een Nederlands concern met een hoofdkantoor in Nederland, welke actief is in de dienstverlenende sector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en de in Nederland tot het concern behorende vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [11 - 25] werknemers in Nederland.

Het doel van X is om te investeren in verschillende portfoliovennootschappen. Het personeel in Nederland werkt voor rekening en risico van X, heeft professionele kennis en ervaring,
is verantwoordelijk voor de selectie en aansturing van de investeringen en zal in dat kader verantwoordelijk zijn voor strategische beslissingen. X heeft eigen kantoorruimte ter beschikking.

X zal geen stukken uitgeven die in fiscale zin kwalificeren als schriftelijke aandeelbewijzen of daarmee vergelijkbare stukken. Daarnaast is een lidmaatschapsrecht in X slechts overdraagbaar na voorafgaande schriftelijke toestemming daartoe door alle leden van X. X zal de samenstelling van het ledenbestand bijhouden in een ledenregister.

Open de ruling.

#7

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de inhoudingsplicht voor de dividendbelasting en de buitenlandse belastingplicht voor de vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X is een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in Nederland. X behoort tot een internationaal opererend concern in de dienstverlenende sector. X bezit vastgoed in Nederland dat verhuurd wordt aan derden.

De aandelen van X zijn in handen van één aandeelhouder Y, een vennootschap opgericht naar het recht van en feitelijk gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie (EU).

Z, de indirecte moedermaatschappij van X en Y, is de tophoudster van het concern en is beursgenoteerd. Op het niveau van Z wordt een materiële onderneming uitgeoefend. Z is feitelijk gevestigd in een staat buiten de EU, waarmee Nederland een belastingverdrag heeft gesloten dat voorziet in een regeling voor dividenden. Z is actief betrokken bij de aansturing van het concern.

Z heeft een natuurlijk persoon als aandeelhouder met een belang van 5% of meer.

Open de ruling.

#8

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of er sprake is van inhoudingsplicht voor de dividendbelasting en de buitenlandse belastingplicht voor de vennootschapsbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X is een coöperatie opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X behoort tot een Nederlands concern met een hoofdkantoor in Nederland, dat actief is in de dienstverlenende sector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en aan haar gerelateerde Nederlandse vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [1 - 10] werknemers in Nederland.

Het doel van X is om te investeren in verschillende portfoliovennootschappen. Het personeel in Nederland werkt voor rekening en risico van X, heeft professionele kennis en ervaring,
is verantwoordelijk voor de selectie en aansturing van de investeringen en zal in dat kader verantwoordelijk zijn voor strategische beslissingen. X heeft eigen kantoorruimte ter beschikking.

X zal geen stukken uitgeven die in fiscale zin kwalificeren als schriftelijke aandeelbewijzen of daarmee vergelijkbare stukken. Daarnaast is een lidmaatschapsrecht in X slechts overdraagbaar na voorafgaande schriftelijke toestemming daartoe door alle leden van X. X zal de samenstelling van het ledenbestand bijhouden in een ledenregister.

Er zijn geen in het buitenland wonende natuurlijke personen met een direct of indirect belang van 5% of meer in X.

Open de ruling.

#9

Aanleiding: Er is verzocht om zekerheid vooraf over de vraag of er sprake is van inhoudingsplicht voor de dividendbelasting. Men wenst zekerheid voor de boekjaren 2023 tot en met 2027. Dit is aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2022.

Feiten: X is een coöperatie opgericht naar het recht van Nederland en feitelijk in Nederland gevestigd. X behoort tot een Nederlands concern met een hoofdkantoor in Nederland, welke actief is in de dienstverlenende sector. In Nederland worden bedrijfseconomische operationele activiteiten uitgeoefend door X en aan haar gerelateerde Nederlandse vennootschappen. De activiteiten worden uitgeoefend door [11 - 25] werknemers in Nederland.

Het doel van X is om te investeren in verschillende portfoliovennootschappen. Het personeel in Nederland werkt voor rekening en risico van X, heeft professionele kennis en ervaring,
is verantwoordelijk voor de selectie en aansturing van de investeringen en zal in dat kader verantwoordelijk zijn voor strategische beslissingen. X heeft eigen kantoorruimte ter beschikking.

X zal geen stukken uitgeven die in fiscale zin kwalificeren als schriftelijke aandeelbewijzen of daarmee vergelijkbare stukken. Daarnaast is een lidmaatschapsrecht in X slechts overdraagbaar na voorafgaande schriftelijke toestemming daartoe door alle leden van X. X zal de samenstelling van het ledenbestand bijhouden in een ledenregister.

Open de ruling.

Advance Pricing Agreement

#10

Aanleiding: X heeft een verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2022 tot en met 2026, aansluitend op een afspraak tot en met 2021.

Feiten: X is een entiteit gevestigd in Nederland en behoort tot de Z-groep. De Z-groep is actief in de industriële sector. Z is het hoofdkantoor van de groep en is gevestigd buiten de Europese Unie (EU).

Z verricht de belangrijkste kernfuncties van de groep zoals onderzoek en ontwikkeling, productie en de marketing en verkoop van bepaalde producten aan klanten. Z is de eigenaar van alle immateriële activa van de groep en draagt de belangrijkste ondernemersrisico’s.

Z heeft een distributiecontract gesloten met X voor de verkoop van bepaalde producten aan klanten in een bepaald territoriaal gebied. X verkoopt de producten aan gelieerde distributeurs en direct aan klanten. X houdt zich hierbij bezig met de planning, inkoop, logistiek en distributie van de producten. X oefent deze functies uit onder regie en aansturing van Z. X is geen eigenaar van waardevolle activa en draagt slechts beperkte risico’s.

Open de ruling.

#11

Aanleiding: X heeft een verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2019 tot en met 2023.

Feiten: X is gevestigd in Nederland en is de moedermaatschappij van de X-groep. X houdt zich bezig met de ontwikkeling, productie en verkoop van bepaalde producten. Y is gevestigd in de Europese Unie en is een dochtermaatschappij van X. Y produceert bepaalde producten in opdracht van X. De gevraagde zekerheid vooraf heeft betrekking op de arm’s-lengthbeloning voor de productieactiviteiten van Y.

Open de ruling.

#12

Aanleiding: X heeft een verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X bestaat uit twee vennootschappen gevestigd in Nederland die onderdeel uitmaken van een multinationale groep. Y maakt deel uit van dezelfde multinationale groep en is gevestigd in de Europese Unie. De groep is actief in de industriële sector en levert bepaalde producten.

Y functioneert als de ondernemer binnen de groep. Y oefent kernfuncties uit zoals strategisch management, onderzoek en ontwikkeling, supply chain management, inkoop en verkoop. Y beheerst en controleert de gerelateerde ondernemersrisico’s en is eigenaar van de relevante immateriële activa. X houdt zich bezig met het leveren van diensten die gerelateerd zijn

aan de kernfuncties van Y. Dit omvat bijvoorbeeld wereldwijde inkoopondersteuning, verkoopondersteuning en supply chain management ondersteuning. De diensten die X verleent aan Y worden aangemerkt als hoogwaardige diensten.

De gevraagde zekerheid vooraf heeft betrekking op de arm’s-lengthbeloning voor de hoogwaardige dienstverlening door X aan Y.

Open de ruling.

Innovatiebox

#13

Aanleiding: X heeft een verzoek ingediend om zekerheid vooraf te krijgen over verrekenprijzen voor de boekjaren 2022 tot en met 2026.

Feiten: X bestaat uit twee vennootschappen gevestigd in Nederland die onderdeel uitmaken van een multinationale groep. Y maakt deel uit van dezelfde multinationale groep en is gevestigd in de Europese Unie. De groep is actief in de industriële sector en levert bepaalde producten.

Y functioneert als de ondernemer binnen de groep. Y oefent kernfuncties uit zoals strategisch management, onderzoek en ontwikkeling, supply chain management, inkoop en verkoop. Y beheerst en controleert de gerelateerde ondernemersrisico’s en is eigenaar van de relevante immateriële activa. X houdt zich bezig met het leveren van diensten die gerelateerd zijn

aan de kernfuncties van Y. Dit omvat bijvoorbeeld wereldwijde inkoopondersteuning, verkoopondersteuning en supply chain management ondersteuning. De diensten die X verleent aan Y worden aangemerkt als hoogwaardige diensten.

De gevraagde zekerheid vooraf heeft betrekking op de arm’s-lengthbeloning voor de hoogwaardige dienstverlening door X aan Y.

Open de ruling.

#14

Aanleiding: X heeft een verzoek om vooroverleg ingediend voor toepassing van de innovatiebox over de periode 2021 tot en met 2025, aansluitend op een eerdere afspraak tot en met 2020.

Feiten: X is een dienstverlenende onderneming met [26-75] personeelsleden in Nederland, met een jaarlijkse omzet van [€6 - €15 miljoen]. Deze omzet wordt voornamelijk behaald met eigen softwareproducten waarin technologie is verwerkt die is ontwikkeld door X. Een klein gedeelte van de omzet wordt behaald met activiteiten waarbij software in opdracht wordt vervaardigd, en waarbij X geen eigenaar wordt van voortgebrachte immateriële activa.

X maakt onderdeel uit van een internationaal concern. X verricht transacties met buitenlandse groepsvennootschappen (met een (in-)directe verbondenheid groter dan 25%) die onder andere de producten van X wereldwijd verkopen. De aandelen in X worden voor meer dan 25% gehouden door een buitenlandse moedermaatschappij.

X is eigenaar van de door haar voortgebrachte immateriële activa (behoudens ingeval van in opdracht vervaardigde software). X heeft een entrepreneursrol met als bijbehorende functies (strategische) Marketing & Sales, Corporate Excellence, niet kwalificerende R&D (zonder S&O) en Research & Development. In dat kader beschikt X over een R&D-afdeling en brengt jaarlijks immateriële activa voort waarvoor S&O-verklaringen worden verkregen met over de periode 2017 tot en met 2019 gemiddeld [<5.000] toegekende en gerealiseerde S&O-uren per jaar. Bij de S&O-activiteiten zijn over die periode gemiddeld [11-20] R&D-medewerkers betrokken. Daarnaast heeft X over diezelfde periode gemiddeld jaarlijks [€ 1 miljoen - € 5 miljoen] uitgegeven aan R&D-werkzaamheden. De daarmee gemoeide kosten bedragen gemiddeld [5% - 10%] van de omzet.

In het verzoek om vooroverleg wordt verzocht om toepassing van de afpelmethode.

Open de ruling.

Uitschrijven   |   Beheer je abonnement


Copyright © 2023 Maurits Vedder. Alle rechten voorbehouden. Dit bericht bevat geen belastingadvies. Voor zover er standpunten worden ingenomen in berichten zijn dat de persoonlijke standpunten van de schrijver. Hetzelfde geldt voor spel- en stijlfouten, en stomme grappen.