30 mei 2023 Bekijk online
RULINGS&POLICY
Ontsluit rulings & kennisgroepstandpunten

Deze week met name borrelonderwerpen: aftrek (reis)kosten met betrekking tot een coronatest als specifieke zorgkosten (#1), schenkbelasting bij het betalen van studiekosten van het kind (#4), de relevantie van ‘schuifjes’ - kan het infantieler? - voor de BPM (#6). 

Inkomstenbelasting niet-winst

#1

Aanleiding:

Sinds in 2020 het coronavirus voet aan de grond kreeg in Nederland was testen het devies. Sinds 1 december 2020 was het (ook) mogelijk een coronatest te laten afnemen als iemand geen klachten had. Naast testen bij de GGD teststraten was het ook mogelijk een test te ondergaan bij een commerciële teststraat. De test bij de GGD was gratis. Aan een test bij een commerciële teststraat waren in sommige gevallen kosten verbonden.

Om het coronavirus verder te bestrijden werden mensen sinds januari 2021 kosteloos gevaccineerd tegen dit virus. In dit standpunt wordt niet ingegaan op de zelftesten die verkrijgbaar zijn bij de plaatselijke drogisterij of apotheek.

Vragen:

1. Zijn de kosten van het afnemen van een coronatest, niet zijnde een zelftest, aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten?

2. Zijn de met de coronatest samenhangende reiskosten aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten?

3. Zijn de met de coronavaccinatie samenhangende reiskosten aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten?

Antwoorden:

1. Nee, de kosten van het afnemen van een coronatest, niet zijnde een zelftest, zijn niet aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten.

2. Nee, de met de coronatest samenhangende reiskosten zijn niet aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten.

3. Ja, de met een coronavaccinatie samenhangende reiskosten zijn aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten.

Lees het kennisgroepstandpunt.

#2

Aanleiding: Belastingplichtige is diabetespatiënt en is door de huisarts geadviseerd om naar een (medisch) pedicure te gaan.

Vraag: Kwalificeren behandelingen door een (medisch) pedicure als genees- of heelkundige hulp in de zin van artikel 6.17, eerste lid, onderdeel a, van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001)?

Antwoord: De behandelingen door een (medisch) pedicure kunnen als genees- of heelkundige hulp kwalificeren indien sprake is van een behandeling op voorschrift en onder begeleiding van een arts door een paramedicus. Als de huisarts een advies geeft in plaats van een voorschrift, is aan deze voorwaarde niet voldaan en bestaat er geen recht op aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Successiewet

#3

Aanleiding: 

Door een ouder is een schenking gedaan aan diens kind. Ten tijde van de schenking heeft de ouder bedongen dat de schenking kan worden herroepen. Achtereenvolgens vindt het volgende plaats:

1. de begiftigde doet een terecht beroep op de eenmalig verhoogde vrijstelling dat door de inspecteur is toegekend,

2. de schenking wordt herroepen om andere dan fiscale redenen, en

3. de ouder doet in een later jaar een nieuwe schenking aan het kind (dat nog steeds tussen 18 en 40 jaar is).

Vraag: Kan na herroeping van een schenking, om andere dan fiscale redenen, waarvoor een beroep op de eenmalig verhoogde vrijstelling is gedaan, bij een nieuwe schenking van dezelfde schenker de begiftigde nogmaals een beroep op de eenmalig verhoogde vrijstelling doen?

Antwoord: Ja, als de herroeping plaatsvindt om andere dan fiscale redenen, wordt de herroepen schenking voor toepassing van de eenmalig verhoogde vrijstelling helemaal weggedacht. Er kan daarom, als op het moment van de ‘tweede’ schenking aan de voorwaarden wordt voldaan, met succes een beroep op de eenmalig verhoogde vrijstelling worden gedaan.

Lees het kennisgroepstandpunt.

#4

Aanleiding: Een ouder betaalt de studiekosten voor diens kind.

Vraag: Vormt het betalen van studiekosten voor een kind, een schenking?

Antwoord: Soms. Voor het antwoord op deze vraag moet een onderscheid worden gemaakt tussen de betaling aan minderjarige en jong meerderjarige kinderen (tot 21 jaar) enerzijds en meerderjarige kinderen vanaf 21 jaar anderzijds.

Lees het kennisgroepstandpunt.

#5

Aanleiding: In 2022 hebben twee rechtbanken uitspraak gedaan over de toepassing van artikel 32, eerste lid, ten vierde, onderdeel b, Successiewet (hierna: SW 1956) als een kind, dat onderhouden werd op kosten van de erflater, zelf 1) een uitkering of 2) vermogen had. Zie Rechtbank Gelderland van 13 mei 2022, zaaknummer ARN 21/5355 ERF (kind met een Wajong uitkering) en Rechtbank Zeeland-West-Brabant van 15 september 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:5394 (kind met een beperkt arbeidsinkomen en vermogen).

Vragen: 

1. Wordt bij de beoordeling van de vrijstelling in de erfbelasting voor een kind die grotendeels op kosten van de overledene werd onderhouden, getoetst of het kind in staat is om in zijn eigen onderhoud te voorzien?

2. Wordt bij de beoordeling van de vrijstelling in de erfbelasting voor een kind die grotendeels op kosten van de overledene werd onderhouden, naast inkomsten ook het vermogen van het kind in ogenschouw genomen?

Antwoorden: 

1. Ja, bij de beoordeling van het onderhoudscriterium uit artikel 32, eerste lid, ten vierde, onderdeel b, SW 1956 wordt getoetst of het kind in staat is om zichzelf financieel te onderhouden, ook al gebeurt dit feitelijk niet.

2. Nee, het onderhoudscriterium uit artikel 32, eerste lid, ten vierde, onderdeel b, SW 1956 toetst alleen of het kind eigen inkomsten heeft waarmee het zichzelf kan onderhouden. Het eigen vermogen van het kind blijft buiten beschouwing.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Auto

#6

Aanleiding: Belastingplichtige heeft aangifte belasting op personenauto’s en motorrijwielen (hierna: BPM) gedaan en voor het bepalen van de afschrijving gebruik gemaakt van de methode taxatie, omdat er volgens hem sprake is van meer dan normale gebruikersschade. Uit de hertaxatie van DRZ blijkt dat er geen schade aanwezig is. Voor belastingplichtige is dit reden om tijdens de beroepsprocedure - in geval de rechter de hertaxatie volgt of de schade op een lager bedrag vaststelt - de afschrijvingsmethode van zijn aangifte BPM te willen wijzigen van taxatie naar koerslijst. Meer specifiek, wil belastingplichtige de koerslijst van EurotaxGlass’s toepassen met gebruikmaking van de schuifjes ‘marktsituatie’ en ‘marktsituatie handelaar’. In het dossier is een uitdraai van de koerslijst EurotaxGlass’s aanwezig. De taxateur van belastingplichtige en/ of de taxateur van DRZ heeft echter de schuifjes marktsituatie en marktsituatie handelaar niet toegepast. De taxateur heeft kennelijk geen waardevermindering op grond van deze factoren aanwezig geacht.

Relevant is dat de aangifte is ingediend voor 4 oktober 2021. Na die datum is het namelijk niet meer mogelijk een koerslijstuitdraai te maken van EurotaxGlass’s met deze schuifjes.

Vragen: 

1. Mag een belastingplichtige tijdens de bezwaar- of beroepsfase de afschrijvingsmethode nog wijzigen van taxatie naar koerslijst?

2. Indien het antwoord op 1 bevestigend is, mag de belanghebbende dan bij toepassing van de koerslijstmethode alsnog de schuifjes toepassen?

Antwoorden: 

1. Ja, dat kan. De Hoge Raad heeft in 2016 ( ECLI:NL:HR:2016:421) geoordeeld dat bij het aanwenden van rechtsmiddelen het wijzigen van de afschrijvingsmethode is toegestaan, mits voor de controle op de juistheid van deze nieuwe waarde geen fysieke opname vereist is. In casu betekent dit dat als er een historische uitdraai van de koerslijst EurotaxGlass’s aanwezig is, deze alsnog gebruikt mag worden omdat een nieuwe fysieke opname in dat geval niet nodig is.

2. Ja, in lijn met het eerdere standpunt van de Kennisgroep auto ( KG:013:2022:6) wordt deze vraag bevestigend beantwoord. Er is een historische uitdraai EurotaxGlass’s aanwezig én de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2019:1783) heeft geoordeeld dat bij een aangifte BPM op basis van een koerslijst rekening gehouden mag worden met alle in deze koerslijst gespecificeerde factoren (waaronder de schuifjes). NB. Dit betekent wel dat het taxatierapport wordt losgelaten en geen extra waardeverminderingen (schade) in aftrek kunnen worden genomen.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Loonheffingen algemeen

#7

Aanleiding: 

De meeste patiënten van een tbs-instelling verrichten binnen de instelling werkzaamheden als onderdeel van hun behandeling, op therapeutische basis. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld houtbewerking, schilder- en schoonmaakwerkzaamheden en fietsonderhoud. Voor deze werkzaamheden krijgen de patiënten een vergoeding van
€ 2,75 per uur. Hierbij wordt in eerste instantie uitgegaan van een bepaald aantal normuren en wordt vervolgens gekeken hoeveel uren de patiënt daadwerkelijk kan werken. Stel dat het aantal normuren 15 per week is en de patiënt feitelijk maar 5 uur per week kan werken, dan krijgt hij / zij die 5 uren per week uitbetaald tegen € 2,75 per uur en de overige 10 uren tegen een lager bedrag.

Het gaat om 160-170 patiënten, waarvan de meesten per persoon zo'n € 2.000 - € 4.000 per jaar ontvangen als vergoeding voor de werkzaamheden. Volgens de tbs-instelling zijn er slechts enkele patiënten met een dusdanig inkomen dat dit leidt tot een IB-verplichting, bijvoorbeeld omdat ze ook nog een Wajong-uitkering ontvangen. De meeste patiënten verblijven voor lange tijd (8 - 10 jaar) in de tbs-instelling.

Naast de vergoeding voor de verrichte werkzaamheden krijgt iedere patiënt zak- en kleedgeld van de tbs-instelling, waar geen prestatie (werkzaamheden) tegenover staat.

Vraag: 

Is de tbs-instelling verplicht gegevens en inlichtingen te verstrekken aan de Belastingdienst over de uitbetaling van de vergoedingen aan de patiënten op grond van artikel 22a van het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001 (hierna: UBIB)?

Antwoord: 

De renseigneringsverplichting van artikel 22a UBIB is van toepassing op alle betalingen die betrekking hebben op de therapeutische werkzaamheden die de patiënt verricht voor de tbs-instelling.

De verplichting is niet van toepassing op het zak- en kleedgeld dat de patiënt ontvangt van de tbs-instelling. Er worden namelijk voor deze betalingen geen werkzaamheden of diensten ten behoeve van de tbs-instelling gemeente verricht.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Uitschrijven   |   Beheer je abonnement


Copyright © 2023 Maurits Vedder. Alle rechten voorbehouden. Dit bericht bevat geen belastingadvies. Voor zover er standpunten worden ingenomen in berichten zijn dat de persoonlijke standpunten van de schrijver. Hetzelfde geldt voor spel- en stijlfouten, en stomme grappen.