25 juni 2024 Bekijk online
RULINGS&POLICY
Ontsluit rulings & kennisgroepstandpunten

Deze week 4 nieuwe kennisgroepstandpunten. Kennisgroepstandpunt #1 gaat over het (in)directe verband tussen BOR-advieskosten en de verkrijging/vervreemding van een aanmerkelijk belang. Kennisgroepstandpunt #3 gaat over de toepassing van artikel 15 lid 3 van het Verdrag Nederland - België, specifiek het ontbreken van de woorden 'in internationaal verkeer'.

Dank voor het lezen!

Aanmerkelijk belang

#1

Aanleiding: X woont in Nederland en heeft een aanmerkelijk belang in A BV. Na intensief overleg met zijn adviseur heeft X besloten zijn aandelen in A BV te schenken aan Y, waarbij X en Y gebruik willen maken van de doorschuifregeling in de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) en de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet 1956. De kosten die X met het oog op het verkrijgen van deze regelingen (hierna: bedrijfsopvolgingsfaciliteiten) en het voldoen aan de daarbij horende fiscale verplichtingen heeft gemaakt (BOR-advieskosten), wenst X voor het bepalen van de overdrachtsprijs van zijn aandelen op grond van artikel 4.20 Wet IB 2001 als ‘ten laste van de vervreemder komende kosten’ in aftrek te brengen.

Vraag: Zijn BOR-advieskosten ‘ten laste van de vervreemder komende kosten’ in de zin van artikel 4.20 Wet IB 2001?

Antwoorden: Nee, BOR-advieskosten zijn geen ‘ten laste van de vervreemder komende kosten’ in de zin van artikel 4.20 Wet IB 2001.

Lees het kennisgroepstandpunt.

#2

Aanleiding: X is aanmerkelijkbelanghouder van X BV. Op 31 december 2022 heeft X een eigenwoningschuld van € 400.000 bij X BV. Dit is een aflossingsvrije schuld die X is aangegaan op 1 december 2012. Voor deze schuld heeft X geen recht van hypotheek verstrekt aan X BV. De eigenwoningschuld is voor het volledige bedrag in stand gebleven. Op grond van het overgangsrecht van artikel 10a.23 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) blijft deze eigenwoningschuld buiten aanmerking voor het bepalen van het fictief regulier voordeel.

In 2023 koopt X een andere eigen woning voor € 600.000 waarvoor X een aanvullende lening van € 200.000 afsluit bij X BV zonder een recht van hypotheek te verstrekken aan X BV. De eerste woning wordt verkocht zonder dat er een vervreemdingssaldo wordt gerealiseerd (bijleenregeling, artikel 3.119aa Wet IB 2001). Ook de lening van € 200.000 is een eigenwoningschuld als bedoeld in artikel 3.119a Wet IB 2001.

Vraag: Is de overgangsbepaling van artikel 10a.23 Wet IB 2001 van toepassing op eigenwoningschulden die op 31 december 2022 bestaan, als de schuld na deze datum wordt gebruikt voor de verwerving van een nieuwe eigen woning? Als de overgangsbepaling namelijk niet van toepassing is, dan is een recht van hypotheek vereist om een eigenwoningschuld als bedoeld in artikel 3.119a Wet IB 2001 niet in aanmerking te nemen voor het bepalen van het fictief regulier voordeel (artikel 4.14a, eerste en zesde lid, Wet IB 2001).

Antwoord: Ja, voor zover de op 31 december 2022 bestaande eigenwoningschuld als bedoeld in artikel 3.119a Wet IB 2001 na de verkoop kwalificeert als eigenwoningschuld, blijft het overgangsrecht van artikel 10a.23 Wet IB 2001 van toepassing. De bestaande eigenwoningschuld is voor het volledige bedrag in stand gebleven en blijft hierdoor voor het volledige bedrag (€ 400.000) buiten aanmerking bij het bepalen van het fictief reguliere voordeel.

Het extra bijgeleende bedrag (€ 200.000 minus eventuele aflossingen) moet worden getoetst aan artikel 4.14a, zesde lid, Wet IB 2001. Omdat voor die schuld geen recht van hypotheek is verstrekt aan X BV wordt deze niet uitgezonderd bij het bepalen van het fictief regulier voordeel.

IBR IB niet-winst/loonbelasting/PH-aanslag

#3

Aanleiding: Verschillende schepen van een in België gevestigde onderneming worden in Nederland ingezet voor het uitbaggeren van wateren alsmede daaraan gerelateerde werkzaamheden zoals het afvoeren van het opgebaggerde materiaal. Een deel van de schepen is slechts op één plek in Nederland actief terwijl andere schepen ingezet worden voor het zowel binnen Nederland als van Nederland naar België afvoeren van het opgebaggerde materiaal.

Vraag: Is op het uitbaggeren en de bijkomende werkzaamheden, zoals het afvoeren van het opgebaggerde materiaal, artikel 15, derde lid, Verdrag Nederland-België (hierna: Verdrag NL-BEL) van toepassing?

Antwoord: Ja. Artikel 15, derde lid, Verdrag NL-BEL wijkt af van artikel 15, derde lid, van het OESO Modelverdrag. In het Verdrag NL-BEL ontbreekt in artikel 15, derde lid, de voorwaarde dat sprake moet zijn van exploitatie van een schip in internationaal verkeer.

De kennisgroep concludeert hieruit dat voor toepassing van artikel 15, derde lid, Verdrag NL-BEL geen nadere voorwaarden worden gesteld aan de exploitatie van het schip. Dat betekent dat artikel 15, derde lid, Verdrag NL–BEL zowel van toepassing is op de werkzaamheden met betrekking tot het uitbaggeren van de wateren in Nederland als het afvoeren van het opgebaggerde materiaal binnen Nederland dan wel van Nederland naar België.

Volledigheidshalve merkt de kennisgroep op dat voor de toepassing van artikel 8 Verdrag NL-BEL wel sprake moet zijn van exploitatie in internationaal verkeer.

Lees het kennisgroepstandpunt.

#4

Aanleiding: Een inwoner van Nederland ontvangt een Erwerbsminderungsrente vanuit Duitsland. Deze uitkering wordt betaald door de Deutsche Rentenversicherung.

Vraag: Is de Erwerbsminderungsrente een socialezekerheidsuitkering waarop artikel 17, derde lid, van het verdrag Nederland-Duitsland (hierna: Verdrag) van toepassing is?

Antwoord: Nee, de Erwerbsminderungsrente die wordt betaald door de Deutsche Rentenversicherung wordt op grond van artikel XIII van het protocol bij het Verdrag aangemerkt als een “sociaalzekerheidspensioen”. Dat betekent dat niet artikel 17, derde lid, maar artikel 17, eerste of tweede lid, Verdrag van toepassing is.

Lees het kennisgroepstandpunt.

Heb je deze nieuwsbrief doorgestuurd gekregen en wil je deze in het vervolg zelf direct ontvangen? Of wil je ook de nieuwsbrief met nieuwe rulings ontvangen? Abonneer via onderstaande knop!

Abonneer!


Copyright © 2023 Maurits Vedder. Alle rechten voorbehouden. Dit bericht bevat geen belastingadvies. Voor zover er standpunten worden ingenomen in berichten zijn dat de persoonlijke standpunten van de schrijver. Hetzelfde geldt voor spel- en stijlfouten, en stomme grappen.